Inlia: “Help de Grieken alsjeblieft, en help deze mensen”
Leila uit Afghanistan zat zelf jarenlang in een Grieks opvangkamp. Inmiddels heeft ze een verblijfsvergunning voor Nederland. Vanuit de TussenVoorziening van INLIA in Eelde smeekt ze haar nieuwe landgenoten hun harten te openen voor de mensen uit het afgebrande Moria en de andere kampen.
Ze volgt de situatie in Griekenland op de voet, heeft veel contact met de mensen daar. En ze is bezorgd, diep bezorgd voor iedereen die ze er kent. Hoe lang kunnen ze het nog volhouden? Het gebrek aan voldoende water en eten, aan beschutting, sanitair, mogelijkheden om je te wassen, medicijnen. De onzekerheid, de verwoestende onzekerheid, over je lot.
Haar beste vriendin daar heeft te horen gekregen dat ze wéér langer moet wachten op het besluit over haar asielaanvraag. Ze zit er al vijf jaar. Ze zou deze week eindelijk uitsluitsel krijgen. Het wordt op z’n vroegst januari 2021, is haar nu verteld. Zeker niet eerder.
Een andere vriendin, met een baby van negen maanden, heeft corona. Ze denkt dat ze eraan dood zal gaan. Leila vertelt hoe ze haar vriendin moed in probeert te spreken. “Je bent moeder. Moeders moeten sterk zijn. Blijf bewegen, drink water, probeer te eten. Hou vol.” De tranen springen in haar ogen als ze erover vertelt. Ze veegt ze ongeduldig weg. Er zijn nog meer mensen om over te vertellen.
De minderjarige jongen uit Afghanistan bijvoorbeeld, moederziel alleen. Al vijf jaar in het kamp. Hij is net achttien geworden. Dit voorjaar kreeg hij bericht: zijn aanvraag is gehonoreerd. Een vergunning, hoera! Maar door de coronamaatregelen heeft hij het papiertje nog steeds niet. Nu valt hij tussen wal en schip. Want wie asiel krijgt, moet het kamp verlaten. Maar dat mag nu niet, vanwege corona. En als het al mocht, kwam hij niet ver zonder de vergunning op zak. Ondertussen krijgt hij ook geen leefgeld meer in het kamp. Kampbewoners helpen hem. Ze delen hun voedsel met hem, bieden hem een slaapplek. “En kerken brengen ook wel eten voor dit soort gevallen, ook voor de illegalen die onder de bomen slapen.”
“Het ligt niet aan de Griekse overheid”, zegt Leila, “Of aan de Griekse bevolking. Geef de Grieken niet de schuld. Er zitten zoveel mensen daar. Griekenland kan dat niet alleen aan. De rest van Europa moet hen helpen.”
Zelf heeft ze, voordat ze in een kamp terecht kon, ook onder de bomen geslapen, met haar kinderen. Een soort van beschutting gebouwd van afval, dat ligt daar gelukkig langs de weg. Met drie kinderen: haar eigen dochter en zoon én nog een kind alleen dat ze onderweg tegen waren gekomen. Natuurlijk heeft ze zich over dat kind ontfermd. Kinderen laat je niet aan hun lot over, vindt Leila.
Een jonge weduwe, op de vlucht met twee kinderen. Op een illegale reis vol gevaar en ontberingen. Maar wie ze onderweg tegenkomt, helpt ze. Het kind in Griekenland. De Somalische man die ze hoog in de bergen in Turkije tegen kwam en die niet meer door de sneeuw kon. Ze hebben hem geduwd. 37 uur lang. Want mensen in nood help je. Toch?
Categories: Nieuws